Classic Camera Collectors Club
Informatieve website van Frank Lakiere


Cartes de Visite (CDV's)
1. Wat zijn CDV's

2. Literatuur i.v.m. CDV's

3. Enkele interessante CDV's 4. Oude foto's van de periode 1870-1890



1. Wat zijn CDV's ?



In de beginjaren van de fotografie waren de Technieken moeilijk en de belichtingstijden lang. Maar met de komst van de collodium-glasplaatnegatieven en het albumine fotopapier rond 1858 was de techniek al veel eenvoudiger en minder duur. Tegen 1860 werd fotografisch materiaal zoals chemische reagentia, fotopapier, camera lenzen, studiomateriaal,... op grote schaal gemaakt en verkocht.
Het grote succes van de fotografie is in deze periode vooral te danken aan 2 soorten beelden :
de stereografische kaarten (1851-1943) en de cartes de visite (1854-1925).

De stereokaart toont een koppel beelden die zodanig gemaakt zijn dat ze een driedimensionaal beeld geven wanneer ze bekeken worden in een speciale stereokijker. De stereokaarten zijn meestal foto's van landschappen en gebouwen.

De CDV's zijn enkelvoudige foto's, ongeveer de grootte van een visitekaartje, en meestal is het een foto van een persoon.
Toch zijn er ook stereokaarten van personen gamaakt en CDV's van landschappen of gebouwen.

Disdéri is de eerste die in 1854 op commerciële schaal 'cartes de visite' maakt.
Deze kaartjes met een portretfoto erop geplakt kennen direkt een enorm sukses en de CDV's worden massaal gemaakt tot aan het begin van de eerste wereldoorlog en zelfs sporadisch nog tot 1925.
William Darrah merkt op dat ' deze CDV's gemaakt zijn door duizenden fotografen die op deze wijze hun buren en iets van de gemeenschap waarin ze leefden hebben vastgelegd. Weinigen verdienen erkenning als kunstenaar maar zelfs de minder getalenteerde amateurs hebben een waarheidsgetrouw en onvervangbaar beeld vastgelegd dat verdient om gekoesterd en bewaard te worden.' Ik verzamel CDV's van voornamelijk Belgische fotografen, maar ook interessante CDV's van buitenlandse oorsprong.
Momenteel heb ik een 350 CDV's van een 150-tal fotografen.
Ik kan natuurlijk niet alle CDV's tonen, maar hierna kan je enkele van de meest interessante exemplaren bekijken.




2. Literatuur i.v.m. CDV's




Als verzamelaar moet je natuurlijk zoveel mogelijk informatie hebben over je onderwerp.
In verband met CDV's kan ik de volgende boeken aanbevelen:


Inventaris van de Belgische Fotografen 1850-1905(2 volumes)

Het Fotomuseum van Antwerpen heeft in samenwerking met Agfa-Gevaert een inventaris gemaakt van alle Belgische fotografen vanaf 1850 tot 1905.
Dit boek is een grote hulp in het dateren van Belgische CDV's.

Cartes de Visite in 19th Century Photography, door William C. Darrah.

Dit is een echte must voor de CDV verzamelaar, maar het wordt niet meer gedrukt en is dus nogal moeilijk te vinden.

Hoewel dit boek vooral de Amerikaanse CDV's behandelt, met nadruk op de periode van de Amerikaanse burgeroorlog, is het toch ook een standaardwerk voor de Europese CDV.

Dit boek heeft ISBN code 0-913116-05-X en werd gepubliceerd door W.C. Darrah, Gettysburg, Pa, USA (1981).

Het boek bestaat uit 3 hoofdstukken:
- Deel 1 : De geschiedenis en diversiteit van de Cartes de Visite
- Deel 2 : Een onderwerpgids voor Cartes de Visite
- Deel 3 : Documentatie en interpretatie van Cartes de Visite
En natuurlijk zijn er heel veel illustraties.








3. Enkele interessante CDV's




3.1. Een heel speciale CDV





Fotograaf : Photographie artistique, F. Jacobs-De Rudder, Rue de Courtrai 12, Gand

Dit is een CDV van mijn grootvader in zijn legeruniform.
De foto werd genomen kort na zijn mobilisatie juist voor het begin van de eerste wereldoorlog.
In 1915 tijdens een hevig gevecht in West-Vlaanderen werd hij door machinegeweervuur verschillende malen in de arm geraakt. Hij werd meer dood dan levend van het slagveld afgevoerd en naar Engeland overgebracht.
Hij overleefde de verwondingen en werd op het laatst opnieuw ingezet in Frankrijk en later ook nog in bezet Duitsland.
Alles bijeen duurde zijn legerdienst meer dan 6 jaar.







3.2. CDV's van het Belgisch vorstenhuis





Fotograaf : Ghémar Frères, Photographes du Roi, 27, Rue de l'Ecuyer, Bruxelles

De gebroeders Ghémar zijn wellicht het bekendste Belgische foto-atelier in de periode 1850-1870.
Louis Ghémar was niet alleen een succesrijk fotograaf maar ook schrijver, karikaturist en kunstschilder. In 1855 opent hij een fotostudio in de Schildknaapstraat (Rue de l'Ecuyer) vlak naast het atelier van Jules Géruzet. In het begin werkt Louis Ghémar samen met Robert Sévérin. Sévérin staat in voor de opnames en Ghémar verzorgt de retouches en eventueel het opzetten van kleuren.
In 1856 maakt Louis Ghémar een portret van koning Leopold I. Deze foto wordt later gebruikt voor een serie postzegels. Vanaf dit tijdstip mag Ghémar de titel voeren van 'photographe du roi'.
Na het vertrek van Sévérin komt Léon Auverleaux, de halfbroer van Louis Ghémar, in de firma en wordt de naam van het atelier : Ghémar Frères. Ghémar is goed bevriend met de Parijse fotograaf Nadar waarmee hij verschillende jaren een drukke correspondentie voert en in 1868 gaan ze samen op reis naar Zwitserland.
In 1873 overlijdt Louis Ghémar, maar de naam Ghémar Frères wordt nog behouden tot 1894. Dan wordt het atelier van Ghémar - met alle negatieven - overgenomen door Géruzet.
Naast de studio van Ghémar - op nummer 27b - was de studio van zijn grootste concurrent : de studio Géruzet.
Die was gesticht door Jules Géruzet, die geboren was in Braine (nabij Soissons/Aisne, Frankrijk) op 30 maart 1817 en stierf in brussel op 23 december 1874. Hij was getrouwd in Parijs met Fanny Bernays in 1841 en had 2 zonen : Albert (1842-1890) and Alfred (1845-1903).
Jules begon een boekenwinkel in Brussel in de Schildknaapstraat 27b in 1842, naast de fotostudio van zijn vriend Louis Ghémar. Maar ze kregen later onenigheid en Jules Géruzet trok naar Antwerpen om fotografie te studeren, waarna hij terug naar Brussel trok en de grootste rivaal werd van de fotostudio van Ghémar. Wanneer Ghémar de titel van koninklijke fotograaf krijgt, slaagt Géruzet erin om kort daarna de titel te krijgen van "photographe de la Reine".
In de zomer van 1858 is Géruzet de eerste die een fotostudio opent aan de kust in Oostende, waar hij portretfoto's maakt van de adel met vakantie aan zee. Daaronder zijn er veel Duitse prinsen.
In 1874, na de dood van Jules, nemen zijn zonen de studio over en veranderen de naam in "Géruzet Fréres".
De broers waren zeer belangrijke personen in de Belgische fotografie: Alfred Géruzet was stichtend lid van de Association Belge de Photographie en was voorzitter van 1879 to 1884. Albert Géruzet was lid van de Brusselse afdeling van 1875 until 1890.
In 1894 sluit de studio van Ghémar zijn deuren en de gebroeders Géruzet nemen de volledige studio met alle negatieven over.







3.3. CDV's van bekende personen





De eerste CDV is een zeer zeldzame CDV van kardinaal Giacomo Antonelli (1808-1876). Antonelli was de laatste van de zogenaamde leken-kardinalen en hij is vanaf 1848 tot zijn dood in 1876 de persoonlijke secretaris van Paus Pius IX en Vatikaans Minister van Buitenlandse Zaken. In deze funktie is Antonelli decennia lang een van de machtigste mannen van Europa.
Hij speelt een sleutelrol in de beweging die strijdt tegen de eenmaking van Italie. Zo is hij dus de tegenstander van mannen als Garibaldi, Massini en Cavour in Italie, maar ook van Napoleon III en Bismarck in Europa.
Hij is zelfs betrokken in de diplomatie bij de Amerikaanse burgeroorlog.
Later wordt hij een voorvechter voor het dogma van de pauselijke onfeilbaarheid. Na het verlies van de Pauselijke Staten in 1870 blijft hij trouw aan de zijde van Pius IX als gevangene in het Vatikaan.
Het is nog onduidelijk waar en wanneer de Gentse fotograaf d'Hoy deze foto genomen heeft.


De tweede CDV is deze van de Franse maarschalk McMahon, die in 1870 de opstand van de Parijse Commune bloedig neersloeg.
Later werd McMahon president van de tweede Franse Republiek.







3.4. Gekleurde CDV's





Dit is gekleurde CDV uit Duitsland.
De kleurenfotografie was in deze jaren nog zeer experimenteel. De gekleurde CDV's zijn geen kleurenfoto's maar wel met de hand ingekleurde zwart-wit foto's. Dit inkleuren werd overigens al uitgevoerd op de vroege Daguerreotypies. Soms werd bij portretfoto's op het gezicht wat roze aangebracht. Ook werden de juwelen geaccentueerd door er stipjes goudverf op te brengen.
Dat werd dus eveneens op 'gewone' foto's toegepast en sommige fotografische ateliers hadden hiervoor gespecialiseerd personeel.







3.5. volledig blad met 8 CDV's





De CDV's werden gemaakt met een camera die op een groot negatief verschilende kleinere beelden opnam. Zo kon de ontwikkeling en afdruk van de plaat in één bewerking gebeuren en uiteindelijk 8 foto's opleveren.
Uitzonderlijk zijn er afdrukken van de volledige negatieven te vinden.
Dit zijn 8 CDV's op 1 blad afgedrukt van de Antwerpse fotograaf Prévot.







3.6. CDV's gebruikt als doodsprentje of bidprentje





Deze CDV doodsprentjes zijn van 1887. Soms is de achterkant van de kaartjes bedrukt, soms is er een bedrukt papiertje opgeplakt.

Foto's van dode mensen, kinderen en vowassenen, komen veel voor. Fotografie was voor de middenklasse een redelijk goedkope en vlugge methode om de gedachtenis aan een dode te bewaren. Dit werd vooral gedaan voor kleuters en jonge kinderen. Immers in de 19de eeuw was de kindersterfte zeer groot en een post-mortem foto was dikwijls het enige beeld dat voor de familie beschikbaar was. Met een CDV was het mogelijk om een foto op te sturen naar alle verwanten.
De oudste post-mortem foto's zijn meestal close-ups van het gezicht of het volledig lichaam, zonder de kist. De dode wordt afgebeeld alsof hij/zij diep slaapt of wordt bijna levend voorgesteld. Kinderen werden nogal eens in een wieg of met speeldgoed gefotografeerd. Heel jonge kindjes werden ook wel gefotografeerd samen met een familielid, vooral de moeder. Bij volwassenen werd soms het lichaam geposeerd in een leunstoel en soms werden de ogen opengesperd en/of werden er pupillen op de foto geschilderd.
Bloemen en kransen waren een veel voorkomend bijvoegsle in alle soorten post-mortem foto's.
Bij latere post-mortem foto's wordt veel minder moeite gedaan om de dode er wat levendiger te laten uitzien. Dan wordt dikwijls ook de kist erbij gefotografeerd, soms zelfs met familie en vrienden in groep naast de kist.
Dit soort CDV's was veel populairder in Europa dan in de USA.






3.7. Toeristische CDV's





Toeristische CDV's door Giacomo Brogi, Firenze.
Hij vermeldt op de achterzijde dat hij een grote collectie CDV's heeft met zichten Italie en Palestina, alsook CDV's van de belangrijkste schilderijen van Europese musea.









4. Oude foto's van de periode 1870-1890


Natuurlijk zijn er meer oude foto's dan enkel CDV's of stereokaarten.
Ik heb dan ook een kleine verzameling foto's van de periode 1870-1890, waar vooral albuminedrukken gemaakt worden. Meestal zijn de albuminedrukken op dun fotopapier afgedrukt en is de foto daarna voor de stevigheid op een karton geplakt.